Bekendmaking van het Militair Gezag

Korte uiteenzetting over de uitoefening van het overheidsgezag na de feitelijke bevrijding. Het hoogste militaire gezag wordt uitgeoefend door de Opperbevelhebber van de Geallieerde Expeditionaire Macht. Deze macht wordt uitgeoefend door de bevelhebber van het 1e Canadese leger. Na de ontruiming door de Duitse troepen treed de bijzondere staat van beleg in. Het Nederlandse overheidsgezag wordt uitgeoefend door het Militair Gezag, in het bijzonder door de Militaire Commissarissen Zolang de militaire situatie dit vereiste bleef het feitelijke hoogste gezag in handen van de opperbevelhebber van SHAEF, Supreme Headquarters Allied Expeditionary Forces, Dwight D. Eisenhower. Voor Nederland was luitenant-generaal Ch. Foulkes de aangewezen bevelhebber. In Leiden werd colonel Evans Vaughan hoofd van 'Civil Affairs', de liaisonofficier van het Canadese leger voor het Militair Gezag. Op 8 mei trokken de Canadese troepen de stad binnen, direct gevolgd door het Militair Gezag. De Militaire Commissaris voor Leiden was majoor F.P.E. Bloemarts. Hij zou blijven tot 1 augustus.