Ga direct naar: Hoofdnavigatie
Ga direct naar: Inhoud
Alle bronnen

Roosje en Brasser, Jan Haringman: Waarschuwing tegen Neo-Fascisme

Roosje Haringman, een joodse vrouw die 10 jaar oud is als de oorlog uitbreekt en daarna op 25 onderduikadressen is geweest, vertelt haar herinneringen aan de bezettingsperiode. Ze heeft het over de gevolgen van de bezetting, de verwerking van de oorlog in de na-oorlogse periode en over haar eerste moeilijke en mislukte huwlijk met een joodse man die in kampen heeft gezeten. In 1979 ziet ze Jan Brasser op de televisie, die ze herkent als Witte Ko van één van haar onderduikadressen. Jan Brasser op zijn beurt vertelt dat hij al veel beroepen heeft gehad en niet kan stilzitten. Hij werkt bij een betonfabriek, bij een bloemist, bij de spoorwegen en is vanaf 1932 een tijd werkeloos. Voor de CPN voert hij actief actie. Hij wordt CPN-gemeenteraadslid in Uitgeest in de periode 1935/1937, waar hij zich inzet tegen het opkomend fascisme. Hij ontmoet Duitse politieke vluchtelingen en keert zich in Noord-Holland tegen de opkomende NSB. In 1939 gaat hij bij de Hoogovens werken en vertelt uitvoerig over het werk daar. Als de Duitsers Nederland binnenvallen fietst hij net naar zijn werk. Hij saboteert op de fabriek en verspreidt anti-fascistische pamfletjes. Februari 1941 roept hij op mee te doen aan de staking. Tijdens zijn verhalen worden namen genoemd van voorstanders en tegenstanders. Het solidariteitsfonds zamelt geld in voor ondergedoken communisten. Aan de arbeidsinzet weigert hij mee te doen, wat leidt tot gesprekken met de directie. Op de werkvloer praat men over politiek, over ondernomen acties en wie meewerken. Als er bombardementen zijn, vlucht men de aanwezige schuilkelders in. Hij geniet van de aangerichte vernielingen, omdat ze de Duitsers schaden. Als CPN'er meldt hij zich voor harde actie en sabotagewerk, krijgt een pistooltje en maakt gebruik van springstoffen. IJmuiden wordt geëvacueerd. Mislukte en gelukte sabotagepogingen worden door hem genoemd. Bij de oproep in mei 1943, dat gedemobiliseerde Nederlandse militairen zich in krijgsgevangenschap moeten begeven, Roosje Haringman, een joodse vrouw die 10 jaar oud is als de oorlog uitbreekt en daarna op 25 onderduikadressen is geweest, vertelt haar herinneringen aan de bezettingsperiode. Ze heeft het over de gevolgen van de bezetting, de verwerking van de oorlog in de na-oorlogse periode en over haar eerste moeilijke en mislukte huwlijk met een joodse man die in kampen heeft gezeten. In 1979 ziet ze Jan Brasser op de televisie, die ze herkent als Witte Ko van één van haar onderduikadressen. Jan Brasser op zijn beurt vertelt dat hij al veel beroepen heeft gehad en niet kan stilzitten. Hij werkt bij een betonfabriek, bij een bloemist, bij de spoorwegen en is vanaf 1932 een tijd werkeloos. Voor de CPN voert hij actief actie. Hij wordt CPN-gemeenteraadslid in Uitgeest in de periode 1935/1937, waar hij zich inzet tegen het opkomend fascisme. Hij ontmoet Duitse politieke vluchtelingen en keert zich in Noord-Holland tegen de opkomende NSB. In 1939 gaat hij bij de Hoogovens werken en vertelt uitvoerig over het werk daar. Als de Duitsers Nederland binnenvallen fietst hij net naar zijn werk. Hij saboteert op de fabriek en verspreidt anti-fascistische pamfletjes. Februari 1941 roept hij op mee te doen aan de staking. Tijdens zijn verhalen worden namen genoemd van voorstanders en tegenstanders. Het solidariteitsfonds zamelt geld in voor ondergedoken communisten. Aan de arbeidsinzet weigert hij mee te doen, wat leidt tot gesprekken met de directie. Op de werkvloer praat men over politiek, over ondernomen acties en wie meewerken. Als er bombardementen zijn, vlucht men de aanwezige schuilkelders in. Hij geniet van de aangerichte vernielingen, omdat ze de Duitsers schaden. Als CPN'er meldt hij zich voor harde actie en sabotagewerk, krijgt een pistooltje en maakt gebruik van springstoffen. IJmuiden wordt geëvacueerd. Mislukte en gelukte sabotagepogingen worden door hem genoemd. Bij de oproep in mei 1943, dat gedemobiliseerde Nederlandse militairen zich in krijgsgevangenschap moeten begeven,

Collectie
  • Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
Type
  • Herinneringen (typoscript (fotokopieën))
Identificatienummer van NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies
  • 1637
Disclaimer over kwetsend taalgebruik

Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer

Ontvang onze nieuwsbrief
De Oorlogsbronnen.nl nieuwsbrief bevat een overzicht van de meest interessante en relevante onderwerpen, artikelen en bronnen van dit moment.
WO2NETMinisterie van volksgezondheid, welzijn en sportVFonds
Contact

Vijzelstraat 32
1017 HL Amsterdam

info@oorlogsbronnen.nlPers en media
Deze website is bekroond met:Deze website is bekroond met 3 DIA awardsDeze website is bekroond met 4 Lovie awards