Henricus Marinus P. N. Plompen: "Buiten de wet"
Terugreizend op 14 februari 1944 van een verlofperiode naar Spandau in Duitsland, waar hij werkt in een staalfabriek, is de trein gebombardeerd, waarbij doden zijn gevallen. De auteur is ontsnapt en terecht gekomen in een onderduikerskamp in de bossen rond Lierop en daar ondergedoken. Er zijn al meer onderduikers aanwezig en er komen steeds nieuwe bij. Er heerst een bepaalde hiërarchie. De behuizing is in het begin primitief. Langzamerhand wordt het kamp opgebouwd, ze maken een keuken en slaapzolder. Het wordt voortdurend verbeterd. Bij boeren in de omgeving wordt soms gewerkt en gegeten. Er arriveert ook een Engelsman, waarmee hij bevriend raakt. Er zijn boeken en spelletjes. Als de landwacht in de buurt actief is, blijven ze thuis. Hij wordt kok. In de buurt breekt een keer brand uit. Ze gaan nu voortaan wachtlopen en bij onraad wordt er alarm gegeven. Een kapelaan komt een paar keer op bezoek voor de Heilige mis en de biecht. Er arriveert post, meegenomen door mede-onderduikers. In april 1944 komt iemand met een radio aanzetten. Ze kunnen nu naar de Engelse zender luisteren en het nieuws volgen. Hij is jarig op dezelfde dag als prinses Juliana en er wordt een feestje gebouwd. Verjaardagen worden gevierd! Hij wordt 21 jaar. Op een heldere nacht worden ergens zakjes aardappels gejat. Voor zieken komt 's nachts soms een dokter. Ze horen dat een NSB-boer in de buurt wordt overvallen en beroofd en dat zijn dochters worden kaalgeschoren. Er wordt ook gesport, met Pinksteren is er een groot sportfeest. Er wordt voortdurend aan het huis gewerkt. 6 Juni 1944 horen ze van de invasie. Uit Den Haag komt een kist met o.a. pakketjes voor ieder en nog twee telefoontoestellen. Hij heeft zweren op zijn hoofd, wordt kaalgeschoren maar blijft last houden. De mensen worden door de leider (no.1, namen worden pas op het laatst genoemd) 17 juli gevraagd of ze bereid zijn mee te helpen aan de bevrijding van Nederland. Niet iedereen antwoordt positief. Terugreizend op 14 februari 1944 van een verlofperiode naar Spandau in Duitsland, waar hij werkt in een staalfabriek, is de trein gebombardeerd, waarbij doden zijn gevallen. De auteur is ontsnapt en terecht gekomen in een onderduikerskamp in de bossen rond Lierop en daar ondergedoken. Er zijn al meer onderduikers aanwezig en er komen steeds nieuwe bij. Er heerst een bepaalde hiërarchie. De behuizing is in het begin primitief. Langzamerhand wordt het kamp opgebouwd, ze maken een keuken en slaapzolder. Het wordt voortdurend verbeterd. Bij boeren in de omgeving wordt soms gewerkt en gegeten. Er arriveert ook een Engelsman, waarmee hij bevriend raakt. Er zijn boeken en spelletjes. Als de landwacht in de buurt actief is, blijven ze thuis. Hij wordt kok. In de buurt breekt een keer brand uit. Ze gaan nu voortaan wachtlopen en bij onraad wordt er alarm gegeven. Een kapelaan komt een paar keer op bezoek voor de Heilige mis en de biecht. Er arriveert post, meegenomen door mede-onderduikers. In april 1944 komt iemand met een radio aanzetten. Ze kunnen nu naar de Engelse zender luisteren en het nieuws volgen. Hij is jarig op dezelfde dag als prinses Juliana en er wordt een feestje gebouwd. Verjaardagen worden gevierd! Hij wordt 21 jaar. Op een heldere nacht worden ergens zakjes aardappels gejat. Voor zieken komt 's nachts soms een dokter. Ze horen dat een NSB-boer in de buurt wordt overvallen en beroofd en dat zijn dochters worden kaalgeschoren. Er wordt ook gesport, met Pinksteren is er een groot sportfeest. Er wordt voortdurend aan het huis gewerkt. 6 Juni 1944 horen ze van de invasie. Uit Den Haag komt een kist met o.a. pakketjes voor ieder en nog twee telefoontoestellen. Hij heeft zweren op zijn hoofd, wordt kaalgeschoren maar blijft last houden. De mensen worden door de leider (no.1, namen worden pas op het laatst genoemd) 17 juli gevraagd of ze bereid zijn mee te helpen aan de bevrijding van Nederland. Niet iedereen antwoordt positief. voor meer informatie over het onderduikerskamp zie "Geschiedenis van Someren in de tweede wereldoorlog, nr. Ned 12.1Som1
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Dagboek met zeer veel bijlagen (5 schoolschriftjes, 1 stapel ruitjespapier en 1 kleine zwarte agenda, alles met handgeschreven tekst. De bijlagen bestaan uit personalia, zeer veel foto's (ansichtkaarten van de stad Berlijn en zelfgemaakte foto's in het kamp Spandau) en herinnerings boek over de tocht van de 7e Amerikaanse divisie door Frankrijk)
- 1852
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer
