D. Jans: Verslag (print)

Dick Jans werkt in de drogisterij van zijn ouders in Enkhuizen als hij in juni 1944 op éénentwintigjarige leeftijd wordt gearresteerd. Om aan de arbeidsinzet te ontkomen is hij enige tijd ondergedoken geweest. Dick wordt tewerkgesteld op het Duitse Waddeneiland Norderney, waar hij geschutsbunkers helpt bouwen. In augustus 1944 vertrekt hij naar het eiland Helgoland, dan een marinesteunpunt, waar hij vooral graafwerkzaamheden verricht. In een ziekenboeg maakt hij kennis met Wout Velthuizen, met wie hij bevriend raakt. Jaren later schrijft Dick aan de zuster van Wout: "Op 18 maart 1945 zijn Wout en ik van Helgoland vertrokken en op 19 maart 1945 hebben de Engelsen Helgoland gebombardeerd, waarbij alles wat op grond stond is vernield. We waren ondergebracht geweest in houten barakken zonder schuilkelder, dus als door een wonder waren wij een dag van te voren vertrokken." Dick en Wout verrichten gevaarlijk werk op een vliegveld in de Duitse stad Wilhelmshaven, waar enkele dwangarbeiders om het leven komen bij het uitgraven van blindgangers (niet ontplofte bommen). Als het einde van de oorlog nadert, volgt een zwerftocht door Duitsland naar een onbekende bestemming. Onderweg wordt Wout doodgeschoten door een Duitse soldaat. Met vier mannen ontvlucht Dick een kamp in het Duitse stadje Stade. In mei 1945 wordt hij per auto vervoerd naar Limburg. Dick Jans werkt in de drogisterij van zijn ouders in Enkhuizen als hij in juni 1944 op éénentwintigjarige leeftijd wordt gearresteerd. Om aan de arbeidsinzet te ontkomen is hij enige tijd ondergedoken geweest. Dick wordt tewerkgesteld op het Duitse Waddeneiland Norderney, waar hij geschutsbunkers helpt bouwen. In augustus 1944 vertrekt hij naar het eiland Helgoland, dan een marinesteunpunt, waar hij vooral graafwerkzaamheden verricht. In een ziekenboeg maakt hij kennis met Wout Velthuizen, met wie hij bevriend raakt. Jaren later schrijft Dick aan de zuster van Wout: "Op 18 maart 1945 zijn Wout en ik van Helgoland vertrokken en op 19 maart 1945 hebben de Engelsen Helgoland gebombardeerd, waarbij alles wat op grond stond is vernield. We waren ondergebracht geweest in houten barakken zonder schuilkelder, dus als door een wonder waren wij een dag van te voren vertrokken." Dick en Wout verrichten gevaarlijk werk op een vliegveld in de Duitse stad Wilhelmshaven, waar enkele dwangarbeiders om het leven komen bij het uitgraven van blindgangers (niet ontplofte bommen). Als het einde van de oorlog nadert, volgt een zwerftocht door Duitsland naar een onbekende bestemming. Onderweg wordt Wout doodgeschoten door een Duitse soldaat. Met vier mannen ontvlucht Dick een kamp in het Duitse stadje Stade. In mei 1945 wordt hij per auto vervoerd naar Limburg. Bevat enkele kopieën van een in 1945 bijgehouden notitieboekje en een kaart van Duitsland met een beschrijving van de afgelegde route. Bevat tevens foto's van de auteur van een bezoek aan Helgoland in 1991.