P.J. Hyland: Dagboek met bijlagen (typoscript (fotokopieen))
De schrijver van het dagboek, een adjudant-onderofficier (warrant-officer) van de R.A.F., verlaat Engeland op 22 mei 1944 voor een bombardementsmissie voor Dortmund. Zijn vliegtuig wordt echter op de terugtocht neergeschoten en de bemanning verlaat het vliegtuig. De schrijver komt terecht in het gebied rond Essen en via Rheinberg en Emmerik steekt hij na enkele dagen bij Nijmegen de Nederlandse grens over. Daar komt hij 28 mei 1944 in contact met een grenspatrouille van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (NBS). Na een paar dagen vertrekt hij vanuit Nijmegen naar Venlo, met als plan zo snel mogelijk Nederland te verlaten en terug te keren naar Engeland. De ontsnappingsroute via Maastricht is echter in Duitse handen en de poging via Maasbree en Weert de Belgische grens te passeren mislukt, zodat de schrijver terugkeert naar Venlo. Daar raakt hij betrokken bij het werk van de Binnenlandse Strijdkrachten. Hij houdt zich bezig met het inspecteren en testen van de wapen van de beweging. Na enige tijd ontsnapt hij per ambulance naar Kronenberg, maar aangezien het in die omgeving wemelt van de Duitsers en de mijnen is het weer onmogelijk de Belgische grens te passeren. Zodoende maakt hij de bevrijdingsdagen in Kronenburg mee. Hij merkt op dat hij in gesprekken met Nederlanders keer op keer moet uitleggen hoe het komt dat bij bombardementen onschuldige Nederlandse slachtoffers vallen. De schrijver van het dagboek, een adjudant-onderofficier (warrant-officer) van de R.A.F., verlaat Engeland op 22 mei 1944 voor een bombardementsmissie voor Dortmund. Zijn vliegtuig wordt echter op de terugtocht neergeschoten en de bemanning verlaat het vliegtuig. De schrijver komt terecht in het gebied rond Essen en via Rheinberg en Emmerik steekt hij na enkele dagen bij Nijmegen de Nederlandse grens over. Daar komt hij 28 mei 1944 in contact met een grenspatrouille van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten (NBS). Na een paar dagen vertrekt hij vanuit Nijmegen naar Venlo, met als plan zo snel mogelijk Nederland te verlaten en terug te keren naar Engeland. De ontsnappingsroute via Maastricht is echter in Duitse handen en de poging via Maasbree en Weert de Belgische grens te passeren mislukt, zodat de schrijver terugkeert naar Venlo. Daar raakt hij betrokken bij het werk van de Binnenlandse Strijdkrachten. Hij houdt zich bezig met het inspecteren en testen van de wapen van de beweging. Na enige tijd ontsnapt hij per ambulance naar Kronenberg, maar aangezien het in die omgeving wemelt van de Duitsers en de mijnen is het weer onmogelijk de Belgische grens te passeren. Zodoende maakt hij de bevrijdingsdagen in Kronenburg mee. Hij merkt op dat hij in gesprekken met Nederlanders keer op keer moet uitleggen hoe het komt dat bij bombardementen onschuldige Nederlandse slachtoffers vallen. De gemaakte tocht is op bijgevoegde kaarten uitgetekend
- Collectie 244: Europese dagboeken en egodocumenten
- Dagboek met bijlagen (typoscript (fotokopieen))
- 1124
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer