Brief van Luther aan de Duitse legatie te Boedapest over de behandeling van Hongaarse Joden in Duitsland in de bezette gebieden. De Hongaarse regering toont geen belangstelling voor hen, ze zijn daarom onderworpen aan de anti-Joodse maatregelen. Bezwaren van de Hongaarse legatie in Berlijn komen eigenlijk hierop neer, dat deze behandeling te snel vooruit loopt op de anti-Joodse maatregelen in Hongarije, waar men maar langzaam vorderingen maakt. Vooral wordt gevreesd voor kapitaalverlies als gevolg van de deportaties. Luther heeft daar tegen in gebracht dat een reeks andere landen wel met de deportaties instemt. Hij stelt voor de Hongaarse regering mee te delen dat het tegen het internationale Jodendom, niet tegen afzonderlijke naties gaat. Het gaat om een algemeen Europees probleem, waarbij het niet juist is een vergelijking te trekken met Joden van andere landen. Als de Hongaarse regering geen belangstelling stelt in de repatriëring van haar Joden, moet zij juist meer begrip opbrengen voor de positie van Duitsland. Het vermogensverlies moet dan op de koop toe genomen worden. Het Duits beleid in deze kan de Hongaren alleen maar op de goede weg helpen. Het moet hen duidelijk worden gemaakt dat het om een "territoriale Lösung" gaat, 17 augustus 1942.
1942
Archief 270c: Proces Eichmann
Type
- Archiefbestand
Identificatienummer van NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies
- 38645
- MF811406
Disclaimer over kwetsend taalgebruik
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer