Sliedrecht, 'Crossline-monument'
Het 'Crossline-monument' in Sliedrecht herinnert aan de verzetsmensen die aan het eind van de Tweede Wereldoorlog personen, militaire berichten en medicijnen door de Biesbosch smokkelden. Vanaf november 1944 was Nederland verdeeld in een bevrijd en bezet gebied. Sliedrecht speelde in deze tijd een belangrijke rol voor het verzet. Vanuit deze gemeente pendelden vanaf 6 november 1944 de zogenaamde line-crossers via de voor de bezetter moeilijk te controleren Biesbosch (een doolhof van vaargeulen en kreken) naar het inmiddels bevrijde Noord-Brabant. Met gevaar voor eigen leven brachten zij honderden door de bezetter gezochte Nederlanders (joden en verzetsmensen), agenten met geheime zenders en gestrande geallieerde piloten via de geheime overtochten in veiligheid. Bovendien smokkelde verzetsgroep 'Albrecht' militaire berichten de frontlinie over. Als laatste gebruikte men de crossings voor het vervoer van schaarse medicijnen. Eind februari 1945 was er in het westen bijvoorbeeld een tekort aan insuline. Dankzij de crossline zijn tienduizenden suikerpatiënten gered. Er ontstonden twee crossroutes (crossen = oversteken, overvaren, door de vijandelijke linies gaan), waarlangs zich al snel een regelmatige dienst ontwikkelde: een van Sliedrecht naar Lage Zwaluwe en een van Werkendam naar Drimmelen. Dit crossingswerk werd verricht door 21 mensen. Alle tochten werden ondernomen in maanloze nachten in roeikano of roeiboot. Liefst bij slecht zicht en slecht weer om de kans op ontdekking tegen te gaan. Een crossing was tussen de 13 en 18 kilometer lang en als alles meezat, duurde de overtocht ongeveer 3 uur. Helaas kwam het wel eens voor dat het niet ging zoals men wenste en duurde de tocht tussen de 8 en 12 uur. Ook was een tocht wel eens tevergeefs want dan stonden er bij het eindpunt Duitse controleposten en moest men weer helemaal terug. De bezetter ondernam van alles om de 'de partizanen van de Biesbosch' zoals zij ze noemden te onderscheppen. Alle mogelijke in- en uitgangen werden onder vuur genomen en de patrouilleboten voeren dag en nacht. Maar als ze dan eindelijk een crossline hadden opgerold, dan ontwikkelden de line-crossers binnen een paar dagen een nieuwe route. Het sterkste punt van de crossline was de dagelijkse regelmaat waarmee deze tochten werden ondernomen. Het aantal crossingen word geschat op 450. Van de 21 'frontkoeriers' die vanaf november 1944 de crossings uitvoerden, zijn er twee in handen van de bezetter gevallen: Arie van Driel, bij zijn 54ste crossing en Kees van de Sande. Op 30 april 1945, net voor de bevrijding, zijn ze op Fort de Bilt gefusilleerd. De hoogste militaire onderscheiding, de Militaire Willemsorde, is hun postuum verleend. Onthulling Het monument is onthuld in 1966 door Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard.
- Hans Bayens (1924-2003)
- Oorlogsmonumenten
- monument
- 644
- Verzet Nederland
- Beeld
- Sculptuur
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer