Interview met mevr. Smitmans, Euregio Project
Interview met mevr. Smitmans op .......... , Euregio Project op 1 DV-bandje, in Euregio doos 6Beschrijving:0:00 Mevr. Smitmans uit Geldern was ten tijde van de bevrijding in 1944 circa 12 jaar en woonde samen met haar zus en beide ouders. Haar broer was in militaire dienst. Zij voelde zich angstig en schreeuwde veel. Zij werd naar het OLV internaat gestuurd in Geldern. Hier voelde zij zich beter. Tijdens aanvallen moesten we in de kelder zitten. Toen we hoorden van de invasie in Frankrijk zag ik veel militaire bewegingenrichting Wesel (D.). In februari 1945 zagen we het Duitse leger voorbij trekken. De soldaten zagen er somber en slecht uit. Ik kan mij de intocht van de geallieerden herinneren. We zagen vanuit Boeckelt (D.) een rode vuurzee in de richting Geldern. In Boeckelt waren we agv de evacuatie in 1944 van Geldern (D.) als gezin ondergebracht bij de familie Hacks (?) tot 1945. Vader had een bouwbedrijf en moest van het regime na de evacuatie mensen uit woningen bevrijden en verdere instorting van woningen voorkomen. We sliepen aangekleed op matrassen in de woonkamer en gingen naar buiten in een bunker in de weide schuilen wanneer het luchtalarm afging. De bunker staat er nog. Bij het laatste bombardement werd onze woning in Geldern zwaar beschadigd.10:00 Vanuit Boeckelt zagen we zware gevechten in de omgeving; Weeze (D.), Uedem (D.), Kervenheim (D.) en Winnekendonk (D.). De eerste indruk van de bevrijding bestaat uit het naderen van een geallieerde tank bij onze woning in Boeckelt. Na de bevrijding trokken we terug naar Geldern naar een tweede woning van mijn ouders die niet beschadigd was. Er woonden twee andere gezinnen (Familie Eng (spelling?) en familie Fleder (spelling?)) mee in, die niet terug konden naar hun eigen woning. Eén uur per dag mochten we naar buiten om voedsel te vergaren. De bevrijding was een verlichting. We voelden ons veilig en gelukkig. Tijdens de bevrijding werd het internaat als hospitaal gebruikt door eerst de Duitse soldaten en daarna door de geallieerde soldaten. Na de bevrijding werd het internaat heropend met een groep van vijf meisjes waaronder mijn zus en ik. We zagen in Geldern (D.) een enorm konvooi voorbij trekken met vrachtwagens met daarop pontons voor herstel van de Rijnbrug bij Wesel (D.). 20:00 Mijn ouders waren gelukkig geen lid van de NSDAP. Mijn oudste broer was soldaat. Mijn oudste zus moest in plaats van werk voor Arbeitsdienst verplicht spoelwerk doen in de keuken van het ziekenhuis. Mijn jongste broer, mijn jongste zus en ik droegen geen bruin overhemd (van de Hitlerjugend?) en groetten ook niet het partijvaandel. Hiervoor werden mijn zus en ik voor ter verantwoording geroepen tegenoverstaande van de gemeenschap van kinderen. De jongste broer moest als veertienjarige werken voor de brandweer. Vader luisterde heimelijk naar de Engelse radio. Mijn zus en ik hielden dan buiten vrijwillig de wacht. We werden als kinderen dikwijls naar buiten gestuurd om dingen die geheim of gevaarlijk waren niet ter oren te krijgen, ter voorkoming van een kinderlijke verspreking. Vader hielp Russische en Poolse dwangarbeiders die werkten aan de bouw van bunkers rondom Geldern (D.) te vluchten naar Straelen (D.) en Westerbroek (D.) van waaruit men verder ging naar Nederland. Wij hadden als burgers geen contact met de dwangarbeiders. Verder leefden er in Boeckelt (D.) ook Oekraïense meisjes die meehielpen op de boerderij. Na de oorlog gingen die terug naar Rusland of Polen. Oekraïense en Russische soldaten die aan Duitse zijde hadden meegevochten werden toen dood geschoten.Einde interview bij 28:12 min
- Collectie Euregio
- DV-bandje
- Audiovisueel
- 11.33.6e
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer
