Dit is een standaard formulier, waarop het adres van de gevangene staat en de ontvanger wordt geinformeerd over de goederen die de gevangene graag wil ontvangen. Ook staan er regels met betrekking tot het sturen en ontvangen van brieven en pakketjes.

het verhaal van Jhr. de Kock over de gebeurtenissen na zijn arrestatie op 29 februari 1944 te Den Haag en de plaatsing in de Deutsche Polizei Gefängnis cel 559 te Scheveningen. het verhaal beschrijft het verblijf van Jhr de Kock in de gevangenis van Scheveningen. hij vertelt wie zijn medegevangenen waren en hoe het verblijf was in zijn cel. Hij vertelt over het eten en over de toestanden in zijn cel. ...

Dors schrijft over de feestdagen en vertelt dat de gevangenen van het Rode Kruis diverse etenswaren kregen. Ook doet hij iedereen de groeten.

Jacob schrijft over het bezoek van zijn vrouw en spreekt over een mogelijk volgend bezoek. Ook spreekt hij het vertrouwen uit dat hij snel vrij zal komen.

In de brief doet Jacob verslag van een half jaar gevangenschap: eerst 1.5 maand in Amsterdam en daarna in het Oranjehotel. In het Oranjehotel werd Jacob na enkele maanden "gangloper", wat zijn situatie in de gevangenis ten goede kwam. Hij vertelt over het dagelijks leven in de gevangenis en zijn taken als gangloper.

Dors reageert in de brief op twee eerder ontvangen brieven. Hij feliciteert enkele mensen en schrijft over het bezoek van zijn moeder in de gevangenis. Ook schrijft Dors over een mis die hem werd voorgelezen.

In de brief vraagt Jan aan zijn familie om tandpasta, tandenborstel en zeep op te sturen (zie ook OH.0218). Ook schrijft hij over zijn zaakwaarnemer "mijnheer Van Dijk".

In het artikel wordt o.a. over de arrestatie van Max en Otto Kaya geschreven. Ook andere verzetsmensen komen in het artikel aan bod.

In de cassette bevinden zich de volgende objecten: één reproductiefoto van Cel 601 van 5 oktober 1946 (de dag van de inwijding van de cel als monument). Op de foto is tevens de derde Vrijheidsbokaal van ontwerper Copier te zien, die destijds door Glasfabriek Leerdam aan de Stichting Oranjehotel werd geschinken. De eerste bokaal werd aangeboden aan Koningin Wilhemina, de tweede bokaal aan Sir. Winston ...

Op de voorkant van de enveloppe staat in het rood "überprüft" geschreven, wat betekent dat de brief door de censuur is gegaan. In de brief schrijft Kaya dat het goed met hem gaat en dat hij zijn vertrouwen bij God legt. Hij gaat er vanuit dat hij spoedig vrijgelaten zal worden, omdat hij onschuldig is. Ook vraagt Otto hoe het met zijn moeder gaat en vraagt hij hen om moed te houden.

Houten doos (oorspronkelijk Claassen Cigars, Assorti) met inhoud: stempels, documenten en enveloppen. De stempels werden gebruikt door de Falsificatie Centrale (FC). De FC werd in de loop van 1942 opgericht door de Nijmeegse student Jacques de Weert. De groep richtte zich op de vervalsing van papieren en stempels voor het verzet. Al snel groeide de FC uit doe een landelijke organistie. Vanaf eind 1943 ...

Dit is de eerste brief die Barend naar zijn familie schrijft sinds hij in het Oranjehotel zit. Hij spreekt diverse felicitaties uit, probeert zijn gezin gerust te stellen en vraagt hoe het thuis gaat. Ook schrijft Barend over het Oranjehotel en zijn celgenoten.

Het gedicht is opgedragen aan gevangene Jan Verhagen, die in de cel naast Foppema zat. Het maakte onderdeel uit van zijn bundel verzetsgedichten Spijkerschrift mei 1940-mei 1945, dat hij in 1945 publiceerde.

Jo schrijft in de brief over meedere praktische zaken, zoals enkele spullen die hij mist in de gevangenis, en het betalen van de huur en belasting door zijn vrouw. Ook schrijft hij over haar bezoek aan de gevangenis.

In de brief, bestaande uit vier pagina's, beschrijft Gerrit Jan hoe hij met vier man in één cel zit. Ze zijn allen die dag ter dood veroordeeld. Hij haalt veel steun uit het geloof en verwacht zijn familie weer in het hiernamaals te zien. Gerrit Jan eindigt de brief met een zelfgeschreven gedicht waarin hij zijn familie vraagt moed te houden.

Het boek is afkomstig van een oud-gevangene A.J.W. Simonis (1917-1942). Zijn handtekening staat op de eerste pagina rechtsboven in blauwe pen geschreven: v. A.J.W. Simonis in cel OranjeHotel'41.

Henny doet in deze brief verslag van de periode vanaf 25 mei 1943. Op die dag werd hij ter dood veroordeeld in Utrecht. Verder reflecteert Henny in de brief op de mooie tijden voor zijn gevangenschap en zijn grote liefde voor Jeanne.

In de brief vraagt Emmy naar aanleiding van de overplaatsing van haar verloofde Jan van den Hout en haar vader Jo Allers naar Duitsland naar het adres waar zij verblijven. De Leiter van de gevangenis Harry Harder heeft op de brief antwoord gegeven en stuurt het adres van het tuchthuis in Münster. In de enveloppe heeft Harder de brief aan haar teruggestuurd.

Stichting Oranjehotel Den Haag - 19 september 1949. lijst van namen met wie Jhr de Kock gevangen heeft gezeten in februari 1944 in cel 559 in het Oranje Hotel. Joop Smallenbroek - L. Rooke - Luuk Oosterveen. onder aan de brief staan nog enkele aanvullende gegevens, handgeschreven.