Cornelis Nicolaas Bernardus van der Vliet

Ook bekend als: Cornelis

Cornelis wordt geboren op 6 december 1920 in ’s-Hertogenbosch. Als in het najaar van 1939 de oorlogsdreiging voor Nederland verder toeneemt, wordt hij onder de wapenen geroepen en als soldaat ingedeeld bij het II-24 Regiment Infanterie. Begin mei 1940 wordt hij met zijn onderdeel in stelling gebracht bij Druten, als onderdeel van de Betuwestelling. In de nacht van 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen, door Cornelis en zijn kameraden gezien als een almaar toenemende zwerm van Duitse vliegtuigen. Het luchtafweergeschut wordt in gereedheid gebracht en in de vroege ochtend volgt het bevel te vuren op de overtrekkende vijand. De volgende nacht, van 10 op 11 mei, krijgt Cornelis’ compagnie het bevel af te marcheren richting Tiel, waar ze via Wamel met autobussen naartoe worden vervoerd. Na Tiel wordt de compagnie achtereenvolgens naar Maurik en Eck en Wiel gebracht. In de middag van de 12e is Cornelis in Amerongen, waar de compagnie de nacht doorbrengt op het gazon voor het kasteel. De volgende ochtend wordt de compagnie met vrachtwagens naar de Grebbeberg gebracht om daar de verdediging te steunen. In de loop van 13 mei wordt onder intens artillerievuur de ene boerderij na de andere langs de Friesesteeg in Achterberg ingenomen. Uiteindelijk weten ze de Hoefijzerstelling te bereiken en de Duitsers vandaar op afstand te houden. Niet lang nadat Johannes zijn onderdeel daar in stelling brengt, komen twee Nederlandse militairen hen vanaf de vijandelijke linie tegemoet met achter zich een veertigtal Duitse soldaten met de handen omhoog, alsof ze zich overgeven. Het blijkt een hinderlaag te zijn; de twee Nederlanders worden ongemerkt onder schot gehouden en gedwongen vooruit te lopen. Zodra een van hen het op een rennen zet, wordt het vuur geopend op de Nederlanders. Van Cornelis zijn de precieze overlijdensomstandigheden en -plaats niet helemaal duidelijk. Mogelijk is Cornelis tijdens dit vuurgevecht, samen met reservekapitein Buwalda uit Breda, om het leven gekomen, of is hij gevallen tijdens de herovering van de Friesesteeg. Hij is 19 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhenen.

Bron: Brabantse Gesneuvelden