De koffer van Zus Oostra
"Mijn nieuwe vriendin vond mij zo leuk ouderwets, misschien wel antiek. Maakt mij niets uit.” Zo begint het verhaal dat Marjo of Zus Oostra op schrift stelt voor haar vriendin Helen. Ze vindt het te pijnlijk om te praten over haar jeugd in Nederlands-Indië/Indonesië, haar verblijf in Japanse interneringskampen en de komst naar Nederland. Ze beschrijft haar leven op een klein stukje papier en vanuit het perspectief van haar koffer, “het koffertje”, dat haar steeds heeft vergezeld. De koffer met het briefje schenkt ze aan Helen.
Jan van Rosmalen
Evacuatie
Via de koffer komen we toch het één en ander te weten over Zus die op 28 maart 1928 als Martha Johanna Oostra in Muntok op het eiland Bangka (Indonesië) wordt geboren.
Begin 1942, net voor de Japanse aanval, worden de Europese vrouwen en kinderen uit de zogenaamde ‘Buitengewesten’ geëvacueerd naar Java. Zus komt met haar moeder en broertje terecht in Surabaya. Vanaf hier neemt de koffer het verhaal over.
“Mijn vorig maatje kocht mij in 1942/43 in Soerabaja (Oost-Java) omdat ze moest ‘verhuizen’ naar een zogeheten vrouwenkamp- een woonwijk in Soerabaia omringd door prikkeldraad."
Tekst in de koffer van Zus Oostra.
Kampen
Zus verbergt haar emoties door “het koffertje” haar relaas te laten doen. Haar verblijf in het kamp Tangerang, een ex-gevangenis met barakken en cellen, wordt omschreven als “Leuk was anders.” De koffer heeft hier een duidelijke functie: “Ik… deed vaak dienst als eettafel voor 1 kopje rijst met een heel klein visje soms.”
Ook het volgende kamp ADEK “… was niet zo leuk- maar we hebben het gehaald."
Kamp
Adek
ADEK was een mannenkamp, krijgsgevangenkamp, vrouwenkamp en opvangkamp op West-Java in het zuiden van Batavia. Het kamp bevond zich in de barakken voor Javaanse contractarbeiders van het Algemeen Delisch Emigratie Kantoor (ADEK) aan de Sluisweg en Van der Houtenlaan. Van juni 1942 tot 3 februari 1944 fungeerde ADEK als mannenkamp. Van 3 februari 1944 tot 15 mei 1944 was ADEK een krijgsgevangenkamp. Van 25 november 1944 tot 23 augustus 1945 fungeerde ADEK als vrouwenkamp. Van 23 augustus 1945 tot na februari 1946 was het een opvangkamp.
Meer over AdekChaos
Na de oorlog wordt de situatie niet beter. De capitulatie van Japan, het uitroepen van de Republik Indonesia en de strijd die daarop volgt, wordt in één korte zin omschreven: “De bevrijding kwam- het was chaotisch.”
Het koffertje gaat verder:
Gebeurtenis
Capitulatie van Japan
Met de Capitulatie van Japan, internationaal bekend als VJ-Day, komt de Tweede Wereldoorlog definitief ten einde kwam. Eigenlijk gaat het om twee data: de dag waarop de capitulatie bekend werd gemaakt (15 augustus 1945) en de dag waarop de capitulatie-overeenkomst ondertekend werd (2 september 1945).
Meer over Capitulatie van Japan“In 1946 gingen we op reis naar het koude Nederland. We kwamen aan in januari 1947.”
Het schip Nieuw-Holland in 1946.
Reis naar Nederland
Deze summiere informatie wordt bevestigd door de passagierslijst van de “Nieuw-Holland”, die op 18 december 1946 vanuit Jakarta vertrekt en die op 17 januari 1947 aankomt in Rotterdam. Op de lijst staan de namen van Zus, haar moeder en een broertje. We lezen ook hun bestemming: contractpension Iepenhove, Hartelustlaan 2, Bloemendaal.
Thema
Contractpensions
Contractpensions waren hotels en pensions die een opvangcontract aangingen met de Nederlandse overheid en Indische repatrianten tijdelijke huisvesting boden. De repatrianten stonden voor kost en inwoning 60% van hun maandinkomen af. De contractpensions vielen onder het beleid van de Dienst Maatschappelijke Zorg (DMZ) en bestonden tot 1969.
Meer over ContractpensionsNieuwe verhalen
De koffer besluit met: “Na jarenlang op zolder of kelder ben ik nu weer bruikbaar bij mijn nieuwe vriendin.”
Die nieuwe vriendin gebruikt de koffer inderdaad, maar niet om op reis te gaan naar verre bestemmingen. Ze blijft dichter bij huis. Helen vertelt: “Zelf speelde en zong ik in verpleeghuizen, bijvoorbeeld Indische liedjes. Ik zette het koffertje onopvallend neer. Vaak zag een bewoner of familielid het staan. Kwam naar me toe en vroeg ernaar. Zo kon ik vertellen hoe ik aan het koffertje kwam en dan vertelden zij hun verhaal. Zo heeft het koffertje haar diensten voortgezet.”
Over de auteur
Dit artikel is geschreven door Jan van Rosmalen, projectmedewerker bij Indisch Herinneringscentrum, in het kader van het “Deltaplan collectieontsluiting oorlogsmusea en herinneringscentra” en mogelijk gemaakt door het Mondriaan Fonds. Het Deltaplan is een eenmalige inhaalslag om het digitale collectieaanbod van bruikbaar en zichtbaar bronnenmateriaal vanuit de herinneringssector te versterken.