Irawan Soejono: Het verzet van ‘Henk van De Bevrijding’
Er bevinden zich tijdens de Duitse bezetting zeker 800 Indonesiërs in Nederland. Rond de 150 zijn jonge studenten die voornamelijk in de universiteitssteden Rotterdam, Delft, Leiden en Amsterdam wonen. Onder hen is Irawan Soejono, een Leidse student die een belangrijke rol zal gaan spelen in het verzet en dit uiteindelijk met de dood bekoopt.
Tegen de overheersing
Op 22 februari 2023 was het 125 jaar geleden dat Anton de Kom werd geboren in Paramaribo, Suriname. De antikoloniale activist en schrijver van Wij slaven van Suriname was tijdens de Tweede Wereldoorlog actief in het verzet. Vlak voor de bevrijding kwam hij aan zijn einde in Kamp Neuengamme. De Kom is wellicht de bekendste, maar zeker niet de enige verzetsstrijder met een koloniale achtergrond. Cijfers over verzet zijn vanwege het geheime karakter moeilijk te verzamelen, maar wel staat vast dat mensen uit de koloniën zeer actief waren in het Nederlandse verzet. Zij kwamen uit Nederlands-Indië/Indonesië, het Caribisch gebied en Suriname en streden tegen de Duitse overheersing van hun koloniale overheerser. Ter gelegenheid van 125 jaar Anton de Kom besteedt Netwerk Oorlogsbronnen dit jaar aandacht aan verzetsstrijders met een koloniale achtergrond. Wie waren zij en wat waren hun beweegredenen?
Anton de Kom (Paramaribo, 22 februari 1898 – Sandbostel, 24 of 29 april 1945) was een Surinaams anti-koloniale schrijver, nationalist en verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. De Kom sloot zich aan bij het communistisch verzet en schreef artikelen voor de communistische-verzetsbladen De Vonk en het Revolutionair Socialistische blad. Hij werd op 7 augustus 1944 gearresteerd. Op 24 april of 29 april 1945 overleed De Kom aan tuberculose in Stalag XB Sandbostel, een buitenkamp van Neuengamme. Bron: WO2Net Biografieën.
Meer over Anton de KomDe jeugd van Irawan Soejono
Irawan Soejono wordt op 24 januari 1920 geboren in Pasuruan, een stadje op Oost-Java, in een adellijke Javaanse familie. Zijn vader is de Indonesische politicus Pangeran Adipati Ario Soejono, een lid van de Volksraad en op dat moment regent van Pasuruan. Vader Soejono staat bekend als een gematigde nationalist die voor grotere bestuurlijke zelfstandigheid van Indonesiërs pleit bij de Nederlandse regering. Ondanks zijn soms kritische houding, maakt hij snel carrière in de Nederlandse politiek. Mogelijk heeft dit later invloed op de politieke overtuiging van zijn zoon Irawan.
Irawan Soejono (Pasoeroean, 24 januari 1920 - Leiden, 13 januari 1945) was een Indonesische verzetsstrijder tijdens de Duitse bezetting in Nederland. Hij was de zoon van minister Pangeran Soejono en studeerde in Leiden. Hij sloot zich aan bij het verzet onder de schuilnaam ‘Henk van de Bevrijding’. Hij werd o.a. actief voor het verzetsblad De Bevrijding van Perhimpoenan Indonesia, de Indonesische studentenorganisatie in Nederland. In januari 1945 werd hij bij een razzia in Leiden doodgeschoten. Bron: WO2Net Biografieën. Irawan Soejono (Pasuruan (Nederlands-Indië/Indonesië), 24 januari 1920 - Leiden, 13 januari 1945) was een student en verzetsdeelnemer. Soejono was lid van de Indonesische studentenvereniging Perhimpunan Indonesia en betrokken bij de studentenstaking bij de Universiteit van Leiden na de protestrede van professor Cleveringa. Soejono werd onder de schuilnaam Henk van de Bevrijding actief bij het illegale blad De Bevrijding en de Binnenlandsche Strijdkrachten en dook onder. Op 13 januari 1945 werd Soejono doodgeschoten toen hij een razzia ontvluchtte.
Meer over Irawan SoejonoVerhuizingen
Van juli 1930 tot 12 mei 1932 woont de familie tijdelijk in Den Haag wegens een economische opdracht van vader Soejono. Terug in Batavia (Jakarta) wordt Irawan toegelaten op het Bataviaasch Lyceum. Hier gaat hij samen met de latere verzetsdeelnemer Peter Tazelaar naar school. Op 28 december 1934 verhuist het gezin wederom naar Den Haag. Als vader Soejono op 29 februari 1940 lid wordt van de Raad van Indië, keert hij terug naar Nederlands-Indië. Irawan blijft achter om zijn eindexamen te halen. Als Duitsland enkele maanden later Nederland bezet, is de familie dus van elkaar gescheiden. Vader Soejono komt uiteindelijk via Australië in Engeland terecht en wordt benoemd tot minister in de Nederlandse regering in Londen. Ondanks de Duitse bezetting van Nederland gaat Irawan in september 1940 in Leiden studeren.
De Benoeming van Raden Adipati Ario Soejono tot minister zonder portefeuille in kabinet Gerbrandy II vindt plaats in London op 9 juni 1942. Soejono is de eerste minister van Indonesische afkomst en eerste Islamitische minister van Nederland.
Meer over Benoeming van Raden Adipati Ario Soejono in kabinet Gerbrandy IIIndonesisch studentenverzet in Leiden
In Leiden sluit Irawan zich aan bij Perhimpunan Indonesia (PI), de studentenvereniging voor Indonesische studenten in Nederland. Deze studentenorganisatie begon als gezelligheidsvereniging, maar was in de jaren 20 steeds politieker geworden. Ten tijde van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog is PI een antikoloniale organisatie die streeft naar een onafhankelijk Indonesië. De PI keert zich al jaren voor de bezetting faliekant tegen het fascisme en pleit voor samenwerking met de Nederlandse autoriteiten tegen het oprukkende nationaalsocialisme. De PI is vooral in Leiden zeer actief aangezien hier veel Indonesische studenten studeren. Als Nederland in 1940 wordt bezet en er eind 1940 steeds meer anti-Joodse maatregelen worden ingevoerd, neemt ook het verzet onder deze studenten toe. In totaal zijn er tijdens de bezetting tussen de 60 en 110 Indonesische studenten actief lid van de PI. Prominent PI-lid en vriend van Irawan, Alex Ticoalu vat de rol van PI in juni 1945 als volgt samen:
“In de strijd voor de bevestiging van de democratie in Indonesië, in de strijd voor het zelfbeschikkingsrecht van het Indonesische Volk, gaat het niet aan de democratie alleen voor Indonesië te bevechten, maar overal voor haar in de bres te springen, waar zij maar belaagd wordt. […] Wanneer de Perhimpunan Indonesia consequent wil strijden voor de democratische rechten van het Indonesische Volk, dan heeft zij de democratie te verdedigen overal, waar zij belaagd wordt en tegen een ieder, die daaraan probeert afbreuk te doen.” - De Bevrijding, 2 juni 1945.
Perhimpunan Indonesia (PI) werd in 1908 te Leiden opgericht als vereniging voor Indonesische studenten. Vanaf de jaren twintig kwam er een grotere nadruk op antikoloniale, antikapitalistische en communistische denkbeelden en wijdde de vereniging zich geheel aan de Indonesische nationalistische politiek. Tijdens de Duitse bezetting gaf de vereniging het illegale blad De Bevrijding uit, naast het bestaande verenigingsblad Indonesia.
Meer over Perhimpunan IndonesiaStudentenverzet
Op 26 november 1940 protesteert de Leidse hoogleraar en decaan van de rechtenfaculteit Rudolph Pabus Cleveringa tegen het ontslag van Joodse collega’s. Na zijn befaamde protestrede breken er stakingen uit in de Universiteit van Leiden. De Indonesische studenten in de PI zijn nauw betrokken bij de organisatie van deze stakingen. Als reactie worden de universiteit van Leiden en de Technische Hogeschool Delft gesloten door de Duitse bezetter. Daarnaast worden studentenverenigingen verboden en ook Perhimpunan Indonesia moet eraan geloven. Irawan besluit daarom zijn studie ergens anders voort te zetten en schrijft zich in Amsterdam in bij de studie sociografie.
De Protestrede van Cleveringa vond plaats op 26 november 1940 naar aanleiding van het ontslag van Cleveringa's Leidse collega Eduard Maurits Meijers. De rede leidde tot een staking van de studenten, waarna de universiteit werd gesloten.
Meer over Protestrede van CleveringaHenk van De Bevrijding
Irawan verhuist eind 1941 naar Amsterdam en woont daar enige tijd samen met zijn zus Mimi. Vervolgens verandert hij diverse keren van adres en woont tot het najaar van 1942 samen met verschillende andere Indonesische studenten. Waarschijnlijk wordt Irawan in deze tijd actief in het verzet. Hij duikt in de loop van 1942 samen met zijn vriend en medeverzetsdeelnemer Slamet Faiman onder in Amsterdam.
Soetiasmi (Mimi) Soejono (Pasuruan (Nederlands-Indië/Indonesië), 13 maart 1918 - onbekend) was lid van de Indonesische studentenvereniging Perhimpunan Indonesia en als koerierster actief voor het illegale blad De Bevrijding.
Meer over Soetiasmi SoejonoStencilen
Direct na het begin van de Duitse bezetting van Nederland was Perhimpunan Indonesia begonnen met het verspreiden van meerdere illegale bladen. Een razzia onder diverse Indonesiërs in Den Haag op 3 april 1944 brengt echter een einde aan de uitgave van deze bladen. In mei 1944 richten enkele PI-leden, waaronder Irawan, daarom in Leiden het blad De Bevrijding op. Onder de hoofdredactie van Nazir Pamontjak brengt de PI tot mei 1945 drie keer per week het nieuwsblad uit. Irawan (onder de schuilnaam Henk) en zijn vrienden Raden Mas Soeripno (schuilnaam Karel van Delft) en Alex Ticoalu (schuilnaam Theo) en enkele andere PI-leden assisteren daarbij. Irawan is verantwoordelijk voor de technische uitvoering en levert radiotoestellen, papier en de stencilmachines.
De Bevrijding; weekblad uitgegeven door de Indonesische Vereniging Perhimpunan Indonesia was een verzetsblad dat met een oplage van 3500 tot 20.000 stuk van 1 mei 1944 tot mei 1945 in Leiden werd uitgegeven. De Bevrijding kwam voort uit verzetsblad Madjallah, maar in tegenstelling tot Madjallah richtte De Bevrijding zich op verzet van Indonesiërs én Nederlanders tegen de Duitse bezetting. Tot 14 maart 1945 verscheen het blad drie maal per week om daarna wekelijks te verschijnen.
Meer over De Bevrijding; weekblad uitgegeven door de Indonesische Vereniging Perhimpunan IndonesiaStudentencompagnie
Naast zijn verzetswerk bij het blad De Bevrijding is Irawan ook betrokken bij het gewapend verzet. Een groep van 10 Indonesische studenten uit Leiden richt in september 1944 een verzetsgroep op om gewapend verzet tegen de Duitse bezetter te kunnen plegen. Deze ‘studentencompagnie’ wordt opgenomen in de overkoepelende verzetsgroep Binnenlandse Strijdkrachten als Groep IV, Sectie I, Compagnie I. De groep wordt geleid door Soeripno en later door Ticoalu en bestaat exclusief uit Indonesische PI-leden. De groep noemt zichzelf Groep Soeropati naar de antikoloniale verzetsheld uit de late 17de eeuw. Untung Suropati (ca. 1660-1706) was een tot slaaf gemaakte Balinese man die op jonge leeftijd tot soldaat was opgeleid door de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC), maar later in opstand kwam. Soeropati werd daarom door Indonesische nationalisten als held vereerd. De naam van de verzetsgroep verandert echter na enkele maanden.
Groep Irawan
Ondanks dat Irawan waarschijnlijk zelf nooit bij gewapende verzetsacties betrokken is geweest, is zijn verzetswerk niet zonder gevaar. Wegens zijn werk voor De Bevrijding is Irawan in 1944 inmiddels ondergedoken in Leiden. Toch is hij vaak onderweg met illegaal materiaal. Hij weet drie keer aan razzia’s te ontkomen door op tijd weg te rennen of door uit een rijdende tram te springen. Op 13 januari 1945 gaat het echter mis. Irawan vervoert per fiets onderdelen van een stencilmachine en wordt aan de Breestraat in Leiden door Duitse soldaten staande gehouden. Irawan probeert via een zijstraat weg te vluchten, maar wordt op de Boomstraat doodgeschoten. Groep Soeropati verandert uit respect voor Irawan de naam van de verzetsgroep naar Groep Irawan.
Herdenking
Na de bevrijding van Nederland lopen vertegenwoordigers van Perhimpunan Indonesia op 8 mei 1945 mee met de bevrijdingsparade in Amsterdam. In Leiden loopt Groep Irawan mee in de bevrijdingsparade en legt de groep een krans bij het oorlogsmonument Haagsche Schouw. In 1995 wordt in Amsterdam Nieuw-West zelfs een straat naar Irawan vernoemd, de Irawan Soejonostraat. Van de ongeveer 800 Indonesiërs die zich in Nederland bevonden tijdens de Tweede Wereldoorlog kwamen zeker 86 om door deelname in het verzet, oorlogsgeweld, ziekte en ontberingen. Prof. Cleveringa zou zich na de oorlog in een toespraak bij een herdenkingsbijeenkomst richten op de Indonesische verzetsdeelnemers in Nederland: “Want waar er sprake was hier in Nederland van verzet, behoefden wij niet te vragen: ‘Waar zijn nu die Indonesiërs?’ Zij waren er en zij stonden op hun post. Zij hebben hun offers gebracht. Zij waren in de concentratiekampen; zij waren in de gevangenissen; zij waren overal.”