Jan van Manen overleeft twee torpederingen op koopvaardij
In 1938 gaat Jan van Manen bij de Holland Amerika Lijn werken als kommie, de hulp van een kelner. Tijdens de Duitse inval in Nederland vaart Jan in de buurt van New York. Eenmaal terug in Engeland wordt hij met de vaarplicht gedwongen te blijven varen voor de koopvaardij. Jan komt op de SS Volendam terecht. Het schip wordt getorpedeerd in augustus 1940, maar Jan ontsnapt aan de dood in de Atlantische Oceaan. Dit gebeurt in maart 1944 wederom op de MS Dempo voor de Afrikaanse kust.
Vaarplicht
Wanneer Jan vanuit New York terugkeert in Engeland is Nederland bezet. Dit betekent dat hij niet naar huis kan. En niet naar huis mag, de vaarplicht van 6 juni 1940 verplicht personeel op de koopvaardij te blijven varen. Met de SS Volendam vaart Jan in augustus 1940 van Engeland naar Canada. De Duitse bombardementen op de Britse steden zijn dan net begonnen. Aan boord van de SS Volendam zijn 320 kinderen, zij worden in veiligheid gebracht.
De Invoer van de Vaarplicht vond plaats op 6 juni 1940. De vaarplicht was een dienstplicht voor de bemanning van de Nederlandse Koopvaardijschepen. Deze zeelieden werden verplicht persoonlijke diensten ten behoeve van de scheepvaart te verrichten tijdens de Tweede Wereldoorlog. De meeste Nederlandse zeelieden waren voor de Duitse inval nog op zee en konden door de vaarplicht pas ver na het einde van de oorlog naar huis terug. Iedere zeeman die zich aan deze plicht onttrok werd als deserteur gezien en als zodanig gestraft.
Meer over Invoer VaarplichtCake voor de kinderen
De SS Volendam wordt op 31 augustus 1940 getroffen door een Duitse torpedo. Hierna worden de kinderen naar de lounge gebracht, waar Jan ze cake geeft. Iedereen gaat naar de sloepen en wordt gered, behalve de purser. Hij valt bij de sloepen, komt in het water terecht en verdrinkt. De opvarenden worden door een Noors fruitschip gered en vervolgens naar Schotland gebracht. De SS Volendam is op sleeptouw genomen, wordt later hersteld en omgebouwd tot troepenschip. Het schip blijft in geallieerde konvooidienst varen en na de Tweede Wereldoorlog brengt het Nederlandse militairen naar Indonesië.
De scheepsramp met de Volendam vond plaats op 31 augustus 1940. Het Nederlandse stoompassagiersschip dat op 29 augustus 1940 werd ingezet voor evacuatie van kinderen werd door een torpedo van een Duitse U-boot (U-60) getroffen ten noordwesten van Ierland. De 879 opvarenden moesten het schip verlaten en werden door drie andere schepen uit het konvooi gered. Slechts 1 bemanningslid verdronk. De Volendam werd hersteld en omgebouwd voor vervoer van troepen. Tussen juli 1941 en juli 1945 vervoerde ze meer dan 100.000 militairen. Na de oorlog werd de Volendam ingezet voor troepenvervoer naar Nederlands-Indië en reizen van emigranten van Europa naar Australië.
Meer over Scheepsramp VolendamDe scheepsramp met de Volendam vond plaats op 31 augustus 1940. Het Nederlandse stoompassagiersschip dat op 29 augustus 1940 werd ingezet voor evacuatie van kinderen werd door een torpedo van een Duitse U-boot (U-60) getroffen ten noordwesten van Ierland. De 879 opvarenden moesten het schip verlaten en werden door drie andere schepen uit het konvooi gered. Slechts 1 bemanningslid verdronk. De Volendam werd hersteld en omgebouwd voor vervoer van troepen. Tussen juli 1941 en juli 1945 vervoerde ze meer dan 100.000 militairen. Na de oorlog werd de Volendam ingezet voor troepenvervoer naar Nederlands-Indië en reizen van emigranten van Europa naar Australië.
Meer over Scheepsramp VolendamDe Eerste Divisie "7 December" was vernoemd naar de rede van Koningin Wilhelmina in Londen op 7 december 1942, waarin zij de contouren schetste van de naoorlogse relatie tussen Nederland en de overzeese gebiedsdelen. Het was een expeditionaire Nederlandse legermacht die in 1946 werd opgericht om in Indonesië koloniaal gezag te herstellen. Volgens gegevens van het Ministerie van Defensie sneuvelden 683 militairen van de Eerste Divisie "7 December". De meesten liggen begraven op het ereveld Menteng Pulo in Jakarta.
Meer over Eerste Divisie 7 DecemberTroepenschip
Jan wacht een nieuwe taak: hij vaart vanaf nu op de Nieuw-Amsterdam. Dit schip wordt in Singapore omgebouwd tot troepenschip. Anderhalf jaar lang vaart Jan tussen Durban in Australië en het Suezkanaal. Heen brengen ze geallieerde troepen richting het Suezkanaal en terug vervoeren ze Italiaanse krijgsgevangenen naar Australië. Na deze lange periode van pendelen heeft Jan rust verdient, hij brengt een tijdje aan wal door.
De Slag om El Alamein was een veldslag in Egypte tussen de geallieerde strijdkrachten en de asmogendheden: Duitse en Italiaanse troepen. De Eerste Slag om El Alamein vond plaats van 1 juli 1942 tot 27 juli 1942. De Tweede Slag om El Alamein vond plaats van 23 oktober 1942 tot 11 november 1942.
Meer over Slag om El AlameinInvasie
Na een rustige tijd in Engeland moet Jan weer gaan varen. Dit keer op de MS Dempo. Ze vervoeren troepen tussen Bombay en Australië. Tot november 1942 wanneer de geallieerden op drie plekken op de Noord-Afrikaanse kust landingen uitvoeren. Jan brengt met de MS Dempo troepen naar Oran, een stad in Algerije. Op 8 november gaan de troepen aan land. Vier dagen later is de haven in gebruik genomen om geallieerde bevoorrading voor de strijd in Noord-Afrika mogelijk te maken.
Operatie Torch (Operatie Toorts) was de invasie van 8 tot 16 november 1942 door de Geallieerden (Amerikaanse en Britse strijdkrachten en Vrije Fransen) van het destijds onder bewind van Vichy-Frankrijk staande Noord-Afrika. Zes Nederlandse koopvaardijschepen maakten deel uit van deze operatie.
Meer over Operatie TorchTorpedo
Na de invasie bij Oran gaat Jan met de MS Dempo naar Napels, hier zetten ze troepen af. Op de terugweg wordt het schip getroffen door een Duitse torpedo in de Middellandse Zee. Jan heeft net een nacht wacht achter de rug en ligt in bed wanneer er om 7 uur 's ochtends een knal te horen is. De motor valt uit en het schip maakt slagzij. De bemanning gaat naar de sloepen en verlaat het schip. Ze kunnen allemaal gered worden, juist omdat er geen troepen aan boord zijn. Wanneer ze zo'n vijftig meter van de MS Dempo verwijderd zijn zinkt het schip. De torpedo raakte de achterkant, waardoor de kont naar beneden het water in zakt en de voorkant omhoog komt. Ondertussen is er enorm veel lawaai, alles wat in het schip los zit valt naar beneden.
De Scheepsramp met de Dempo vond plaats op 17 maart 1944. De Dempo was een Nederlands schip van de Rotterdamsche Lloyd dat in 1942 onderdeel had uitgemaakt van Operatie Torch als troepenschip. Op 21 februari 1944 werd het opnieuw naar de Middellandse Zee gezonden vanuit Liverpool. In konvooi SNF 17 keerde het op 14 maart weer terug vanuit Napels naar Oran (Algerije). Op 17 maart werd het getorpedeerd door een Duitse U-boot (U 371) en tot zinken gebracht. De gehele bemanning overleefde de ramp.
Meer over Scheepsramp DempoThuiskomst
Na deze tweede torpedering werkt Jan zes maanden in een hotel van de Nederlandse marine in Liverpool. Daarna vertrekt hij weer, met de Amstelkerk van Liverpool naar Freetown. Sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog heeft Jan geen contact gehad met zijn familie in Nederland. Zes jaar later keert hij terug, nadat de vaarplicht beëindigd is en het koopvaardijpersoneel naar huis mag.
Zijn vader herkent Jan niet. Logisch aangezien het Rode Kruis in 1940 een telegram stuurde dat Jan omgekomen was. Jans vader was in de veronderstelling dat Jan niet meer leefde. Na zijn terugkeer blijft Jan een tijd aan wal en werkt in restaurants. Maar de zee roept en hij gaat weer varen. Jan werkt zich op van bediende naar chef. Totdat hij het op een gegeven moment niet meer aankan en met varen is gestopt.
Op 2 maart 1946 werd de vaarplicht voor Nederlandse koopvaardijlieden beëindigd. Dit betekende dat deze zeelui na zes, soms zeven jaar weer naar Nederland konden terugkeren.
Meer over Beëindiging VaarplichtDe Koopvaardij is de handel met behulp van schepen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden op grond van de Vaarplicht (juni 1940 - februari 1946) koopvaardijbemanningen ter beschikking gesteld aan de geallieerde strijd. Een groot deel van de bemanningsleden bestaat uit niet-Nederlanders. Er komen zo'n 3.400 bemanningsleden van de Nederlandse koopvaardij "bij de uitoefening van hun plicht" om het leven.
Meer over Koopvaardij