Luchtlandingen in voorbereiding: geallieerde bommen op Wolfheze
Op 17 september 1944 landen geallieerde parachutisten rondom Eindhoven, Nijmegen en Arnhem. Hiermee begint Operatie Market Garden. Dit grote geallieerde offensief zorgt niet alleen voor militaire slachtoffers. Om de geallieerde luchtlandingen een zo groot mogelijke kans van slagen te geven worden militaire doelen in de omgeving gebombardeerd, daarbij komen ook burgers om het leven.
Bommen op Wolfheze
Bij het Gelderse dorp Wolfheze is een dropping-zone van de parachutisten van de Britse 1e Luchtlandingsdivisie. In de ochtend van 17 september 1944, voorafgaand aan de luchtlanding, wordt de omgeving hevig gebombardeerd om de geallieerde luchtlandingen een zo groot mogelijke kans van slagen te geven. Ook de psychiatrische instelling en het blindentehuis worden geraakt, ze worden aangezien voor een Duitse kazerne. In het blindentehuis komt niemand om het leven. In het dorp en de instelling vallen in totaal 87 doden.
OORLOGSLEVENS | Wie waren ze? Slachtoffers bombardement Wolfheze
Operatie Market-Garden startte op 17 september 1944. Het was een geallieerd offensief waarbij luchtlandingstroepen bruggen over de Rijn, Waal en Maas moesten veroveren en zo de weg vrij maken voor oprukkende grondtroepen. Na negen dagen hevige strijd in de regio Arnhem, Eindhoven en Nijmegen zagen de parachutisten zich gedwongen hun bruggenhoofd op te geven.
Meer over Operatie Market-GardenRijnbrug
Een deel van de Britten blijft bij Wolfheze, zij verdedigen de dropping-zone zodat nieuwe parachutisten de volgende dag veilig kunnen landen. De rest vertrekt via drie routes richting Arnhem, waar ze de Rijnbrug moeten veroveren.
Ook Arnhem is van tevoren gebombardeerd om de Duitse weerstand te verkleinen. Deze bombardementen zijn een voorteken voor de Duitsers, er staat iets te gebeuren. De aanwezige Duitse troepen graven zich in. Vlakbij Arnhem bevinden zich twee SS pantserdivisies. Ook zij trekken naar Arnhem.
De Rijnbrug in Arnhem, die later bekend zou worden als 'a bridge too far', speelde een essentiële rol in operatie Market Garden. Het Britse 2e bataljon van de 1ste Parachutisten Brigade van de 1ste Airborne Divisie, onder leiding van commandant John D. Frost, slaagde erin om de noordelijke oprit van de oude Rijnbrug te bezetten en tijdens de daaropvolgende strijd dagenlang onder controle te houden. Toch mislukte de operatie bij Arnhem en veel geallieerden sneuvelden.
Meer over Rijnbrug ArnhemEvacuatie
Het lukt de parachutisten uiteindelijk niet om de Rijnbrug te behouden. Ze worden steeds verder teruggedreven en slagen er niet in om Arnhem te bevrijden en door te stoten naar Duitsland. Dit heeft grote gevolgen voor de inwoners. Op 23 september 1944 beveelt de Wehrmacht tot de evacuatie van Arnhem en omliggende gemeenten. De Arnhemse bevolking verlaat twee dagen later lopend de stad, sommigen hebben een bakfiets of karretje om daarmee wat bezettingen mee te nemen. Alleen mensen met een speciale ontheffing, zoals politie- en brandweermensen, blijven achter.
De Evacuatie van Arnhem werd door de Duitse Wehrmacht bevolen op 23 september 1944, tijdens de Slag om Arnhem. Tienduizenden inwoners verlieten hun huizen en kwamen pas maanden later terug, soms zelfs een jaar later. Veel van de woningen waren geplunderd of inmiddels onbewoonbaar door oorlogsschade.
Meer over Evacuatie van ArnhemPatiënten uit Wolfheze
De burgers komen terecht in de bezette omgeving of zelfs in Friesland. Ook de patiënten van de psychiatrische instelling in Wolfheze die het bombardement hebben overleefd worden geëvacueerd, zij komen in Barneveld terecht. Hier vinden ze onderdak bij mensen thuis en in schoolgebouwen, en wachten ruim een half jaar de bevrijding af. Pas in april 1945 worden Arnhem en Wolfheze bevrijd. In de tussentijd hebben de Duitsers Arnhem geplunderd. Door de hevige gevechten zijn veel huizen onbewoonbaar geworden.