Brieven (56) en briefkaarten (3) van Leo Baruch (1905-1978) vanuit Amsterdam en werkkamp 't Zand aan zijn vrouw Mabel Baruch-White (1904-1990), 1942-1944

De briefwisseling omvat de periode maart 1942 tot september 1944. Aan het begin zoekt Leo in Amsterdam werk en kamers, omdat hij als jood gedwongen werd vanuit Aerdenhout, waar hij voor de oorlog een eigen apotheek had, naar Amsterdam te verhuizen. [Brief 1 en 2] Van 16 februari 1943 tot 1 april 1943 logeerde hij in Amsterdam bij zijn oom en tante Jacob Pimentel en Marie Pimentel-Rodrigues Pereira aan de Jan van Goyenkade 26. [Brief 3 tot en met 10]. Vanaf 1 april 1943 woonde hij in bij de familie Prins in de Dintelstraat 98 I. [Brief 11 tot en met 31] Prins was net als Leo gemengd gehuwd en had een ongeveer even oude dochter, Yvonne. Vanaf 23 april 1944 tot september 1944 zat Leo als gemengd gehuwde jood in het Noord-Hollandse werkkamp 't Zand. [Brief 32 tot en met 59]. In september 1944 is Leo uit 't Zand weggegaan en dook onder op de zolder van zijn eigen huis in Aerdenhout, boven de apotheek, die door een bewindvoerder werd gerund. Daar is hij tot de bevrijding gebleven.