Joodsche Raad van Eindhoven
De Joodsche Raad van Eindhoven werd in 1941 ingesteld voor de zuidelijke provincies. De vertegenwoordiger voor Noord-Brabant was A. Goudeket, voor Limburg I. de Vries en voor Zeeland dr. L. Weyl. De lokale afdelingen werden vaak bestuurd door vertegenwoordigers van de voormalige Joodse Coördinatie Commissie. De talrijke medewerkers van de Joodse Raad kregen een Sperre die hen tot nader orde vrijstelde van deportatie. Vanaf augustus 1942 begonnen de deportaties. Op 30 maart 1943 gaf Hanns Albin Rauter het bevel dat uiterlijk 10 april acht provincies, waaronder Noord-Brabant, Limburg en Zeeland Jodenvrij moesten zijn. In september 1943 werden de medewerkers van de lokale Joodsche Raden naar Kamp Westerbork en vandaar naar onder andere Bergen-Belsen gedeporteerd.
Geen bronnen gevonden
De zoekopdracht "joodsche raad van eindhoven" heeft geen resultaten opgeleverd.