Bij de Razzia van Aalten op 30 januari 1944 waren de Duitsers op zoek naar mannen tussen de 19 en 23 jaar die zich aan de verplichte arbeidsinzet in Duitsland hadden onttrokken en waren ondergedoken. Eerst werden er zes mensen opgepakt in de Christelijke Gereformeerde Kerk. Daarna trokken de Duitsers naar de Westerkerk, waar verschillende onderduikers zich tevergeefs in veiligheid probeerden te brengen. Hier werden nog eens 42 mannen opgepakt. De opgepakte mannen kwamen achteenvolgend in de koepelgevangenis in Arnhem, kamp Amersfoort en uiteindelijk in de concentratiekampen Neuengamme en Ravensbrück terecht. Vijf mannen die tijdens de kerkrazzia zijn opgepakt, hebben het niet overleefd. De Razzia van Aalten was de eerste kerkrazzia in de oorlog.