De Vredesrechtspraak was een nationaalsocialistisch juridisch orgaan, dat in de zomer van 1941 werd ingevoerd. De Vredesrechtspraak moest alle misdrijven en overtredingen bestraffen die ‘den politieken vrede binnen de volksgemeenschap’ brachten, maar richtte zich in werkelijkheid tegen tegenstanders van het nationaalsocialisme. Bij de arrondissementsrechtbanken van Amsterdam, Arnhem, Den Bosch, Den Haag en Leeuwarden werden een uit één lid bestaande (enkelvoudige) kamers ingesteld, waarvan de leden de titel vredesrechter droegen. Bij het Gerechtshof van Den Haag werd een met drie leden rechtsprekende bijzondere kamer ingesteld, genaamd Vredegerechtshof, die was belast met de rechtspraak in hoger beroep. Alle aangestelde vredesrechters waren overtuigde nationaalsocialisten en de meesten behoorden tot de NSB.