Jelle Feenstra

In het voorjaar van 1944, toen het onderduikadres van Chana Asher vlak bij een meer in Friesland onveilig werd, kwam Jelle Feenstra haar in zijn boot ophalen en nam haar mee naar zijn huis in Grouw. Toen hij haar dochtertje van negen maanden zag, zei hij: 'Moeder en kind blijven bij elkaar.' Hij nam de baby ook mee, maar moest haar de volgende dag terugbrengen naar haar voormalige schuilplaats omdat de Duitsters in Grouw een intensieve zoektocht naar joodse kinderen waren begonnen. - Jelle en Jelse Feenstra, een protestants echtpaar met zeven kinderen, hadden al een ander joods kind, Ibeltje (Else Cohen-Mayer, later Else Loeb-Mayer), in huis genomen. In tegenstelling tot Chana vond Ibeltje het moeilijk om binnen te blijven en ging vaak in het dorp wandelen. Op een ochtend bleek dat iemand haar verraden had, want de Duitsers verschenen op de boerderij en vroegen naar de joodse vrouw. Ibeltje en Chana zaten in hun schuilplaats, die Jelle met een plank had afgesloten en had bedekt met een vloerkleed. 'Toen de Duitse soldaten in de slaapkamers zochten,' schreef Chana in haar getuigenis aan Yad Vashem, 'hoorden wij ze zeggen:"Zeg waar je de Jodin hebt verstopt, anders krijg je een kogel van ons." - Meneer Feenstra antwoordde dat er geen joodse vrouw in zijn huis zat verstopt. De Duitsers hebben hem niet doodgeschoten, maar ze hebben hem gedwongen mee te gaan terwijl ze de hele boerderij afzochten'. - Toen de Duitsers waren vertrokken, werd Ibeltje naar een ander adres gestuurd, maar ondanks het gevaar dat Chana voor hen en hun kinderen vormde, mocht zij op de boerderij blijven. Ze maakten een slaapplaats voor haar op een hoop stro achter de varkensstal, en op een nacht brak er een varken door de houten schutting tussen de stal en haar slaapplaats. 'Ik durfde daar niet meer te slapen,' schreef Chana, 'dus ging ik naar het huis en smeekte de familie om mij binnen te laten. Ze stemden toe en hebben mij niet meer gevraagd in de stal te gaan slapen. Twee weken daarna vonden ze een ander adres voor mij.' - In de loop van de oorlog heeft Jelle ook wapens verborgen voor het verzet. De Duitsers hebben zijn boerderij driemaal doorzocht. Bij een van de huiszoekingen vluchtte hij en werd in het been geschoten, waarna hij alsnog wist te ontkomen. -Op 14 april 1985 werden Jelle Feenstra en zijn vrouw Jelse Feenstra door Yad Vashem erkend als Rechtvaardigen onder de Volkeren.

Bron: Een Laatste Saluut