De razzia van 20 juni 1943: het verhaal achter de foto
In het najaar van 1943 wordt Amsterdam 'Jodenvrij' verklaard door de bezetter. Voorafgaand aan deze verklaring vinden nog twee grote razzia's plaats. Op 20 juni 1943 worden 5542 Joden opgepakt en geregistreerd bij het Amsterdamse Olympiaplein, Sarphatipark en het Daniel Willinkplein. Aan de registratietafel op het sportveld van het Olympiaplein staat Henriëtte Polak-Schwarz, met haar zus, dochter en twee neven.
Familie Polak-Schwarz
Aan de registratietafel staat Sara Emma Paulina Polak-Schwarz (Amsterdam, 18 december 1900 - Amsterdam, 27 februari 1969) met haar tas en jas geklemd onder haar arm, en naast haar licht voorover gebogen en sprekend met de administrateur, haar zus Henriëtte Antoinette Polak-Schwarz (Zutphen, 7 november 1893 - Amsterdam, 12 april 1974). Op de foto rechts naast Henriëtte staat haar dochter Ans (Annie) Leontine Willy Polak (Amsterdam, 21 mei 1924) in verpleegstersuniform. Achter de vrouwen staan de twee zoons van Sara: Johan Polak (12 november 1928 - 25 mei 1992) achter Ans, en Rob Polak (13 november 1925 - 7 december 2020) achter zijn moeder.
Ontsnapping
Ans werkt in het verzorgingstehuis de Joodsche Invalide in Amsterdam, als ze daar op 20 juni 1943 wordt opgehaald. Haar moeder Henriëtte logeert bij haar zus Sara aan het Bachplein 10 en worden hier uit huis gehaald. Gezamenlijk worden ze geregistreerd in de kampadministratie van Kamp Westerbork. Op station Amsterdam Amstel stappen ze samen in de trein naar Kamp Westerbork. Dan scheiden hun wegen wanneer Ans besluit uit te stappen en te vluchten. In haar verpleegstersuniform kan ze ongezien in de menigte verdwijnen. Ans duikt onder in Leiden.
Onderduik
Ook in onderduik blijft Ans betrokken bij verzetswerk in de Joodsche Invalide. Hier worden kinderen opgevangen die door het verzet zijn gered uit de Hollandsche Schouwburg. Ans loopt daarmee enorme risico's. Ze wordt twee keer gearresteerd, maar weet met behulp van het verzet iedere keer weer te ontsnappen.
Vader Leo
Op dat moment is Ans haar vader en Henriëtte's man, Leonard Polak, al overleden. Leo is hoogleraar in Groningen wanneer hij eind 1940 wordt geschorst, een van de anti-Joodse maatregelen. Hier is Leo niet blij mee, hij spreekt zich negatief uit over de Duitsers. De rector magnificus van de Groningse universiteit Johannes Kapteyn geeft dit aan de bezetter door. Hierdoor wordt Leo op 15 februari 1941 gearresteerd.
Hij wordt opgesloten in het Huis van Bewaring in Groningen, het Scholtenhuis, en vanaf 15 maart 1941 gevangen gezet in het Huis van Bewaring in Leeuwarden. In augustus 1941 komt Leo in kamp Sachsenhausen terecht. Op 9 december 1941 komt Leo om het leven in buitenkamp Oranienburg, een steenfabriek waar zware dwangarbeid moet worden verricht, aan interne bloedingen.
Zus Henriëtte
Ook de zus van Ans, Henriëtte (Jetteke) Antoinette Regina Polak, haalt de zomer van 1943 niet. Als student medicijnen wordt Henriëtte geraakt door de anti-joodse maatregelen: vanaf 11 februari 1941 zijn de universiteiten verboden voor Joden. Ze raakt betrokken bij het verzet in Groningen en wordt gearresteerd op 5 oktober 1941. Ze komt terecht in dezelfde gevangenis als waar vader Leo Polak eerder zat: het Scholtenhuis. Henriëtte wordt op 2 februari 1942 doorgestuurd naar Kamp Ravensbrück en op 5 oktober 1942 verder naar Kamp Auschwitz. Hier komt Henriëtte op 11 november 1942 om het leven.
OORLOGSLEVENS | Henriëtte Antoinette Regina Polak
Meer over Henriëtte Antoinette Regina PolakZus Bettina
Na het overlijden van vader Leo en zus Henriëtte weet oudste zus Bettina een veilige baan voor zichzelf te regelen. Nadat ook Bettina moet stoppen met studeren, ze studeert Kunstgeschiedenis en Archeologie in Utrecht, gaat ze als leerling-verpleegster werken in het Apeldoornsche Bosch. Hier is ze veilig, totdat ontruiming dreigt. Wat er precies gebeurt met Bettina is niet helemaal duidelijk. Ze vertrekt en komt in villa de Biezen in Barneveld terecht. Daar eindigt de bescherming op 29 september 1943 wanneer de Barneveldgroep naar Kamp Westerbork moet. Waarschijnlijk ontsnapt Bettina ook hier weer op tijd.
Bekijk de levensloop van Bettina Polak
Meer over Bettina Henriette PolakMoeder Henriëtte
De connecties van moeder Henriëtte Polak-Schwarz redden haar leven en dat van haar dochter Bettina. Wanneer Henriëtte op 20 juni 1943 in Kamp Westerbork terecht komt worden deze meteen in werking gesteld. Henriëtte is erfgename van het geurstoffen bedrijf Polak&Schwarz. Om de anti-joodse maatregelen te omzeilen wordt het bedrijf gerund door niet-Jood Cook Brummer. Het bedrijf maakt surrogaatkoffie, -thee en -suiker en stookt ook sterke drank, om aan de Duitsers te verkopen. Dat blijkt cruciaal.
Henriëtte wordt op 28 juni vrijgelaten uit Kamp Westerbork en ook Bettina weet gevangenschap in Westerbork en deportatie te vermijden met een Sperre. Cook regelt onderduikplekken voor Henriëtte en Bettina. Hierdoor weten zowel Ans Polak, als moeder Henriëtte Polak-Schwarz en zus Bettina Polak in onderduik de bevrijding te halen.
OORLOGSLEVENS | Henriëtte Polak-Schwarz
Meer over Henriëtte Polak-Schwarz